woensdag 16 maart 2011

Blauw


Aan creativiteit ontbreekt het niet in de spoorzone. De aanleg van de tunnel daagt de bouwers uit om zo innovatief mogelijk te zijn. Diepwanden die met beton worden volgestort in plaats van damwanden die in de kwetsbare binnenstad de grond in getrild moeten worden. De bouwers zijn zeker inventief. Dat moeten ze ook zijn. Maar er is ook een creatief circuit van kunstenaars, ondernemers en architecten dat de tunnelbouw aangrijpt om allerlei moois te maken.


Iedereen kent nog de blauwe panden aan het Stationsplein die treffende teksten bevatten als …..en verdwijnen wij geruisloos uit zicht….  Voor veel Delftenaren de eerste aankondiging dat de sloop voor de deur stond. Of de blauwe meisjes van Vermeer die leerlingen van het Grotius hadden gemaakt. Ze sierden de laatste maanden de blauwe slooppanden op. En wat te zeggen van de blauwe fietsenstalling achter het station. Graffitikunstenaars hebben daar in het gepaste formaat van een Delfts blauwe tegel bekende monumenten als de watertoren, de molen en de Oostpoort afgebeeld.  Iets dat verdwijnt is niet weg, het verstopt zich alleen … is een van de  teksten die op de stalling is geschilderd.


Een initiatief dat goed in dit rijtje past zijn de blauwgerande bouwdoeken. Op verschillende plekken zijn ze te vinden. Ze zorgen voor een prettiger omgeving tijdens de bouw. Her en der beschermen ze tegen de modderspetters.  Soms staat er alleen maar informatie op over de techniek. Vaker zijn er afbeeldingen op te zien hoe je de inrichting bovengronds kunt verfraaien. De hondekop-trein die uit het gras steekt, een bank van Gaudi, maar dan van Delfts blauw. Schilderingen die bij buurtfeesten zijn gemaakt en vervolgens op de bouwdoeken zijn gedrukt. De spoortunnel maakt creativiteit los bij bewoners. Je zou er nog veel meer van willen zien.


guwie  



geplaatst: 16 maart 2011


dinsdag 1 maart 2011

Dat nemen we mee

Zodra er ingrijpende ontwikkelingen aankomen, belegt Spoorzone Delft een info-avond. Zo zat de aula van Unesco-IHE  eind vorig jaar weer redelijk vol en zoals gebruikelijk met veel oudere mannen. Een keur van inleiders lichtte dit keer nut en noodzaak van de afsluiting van de Abtswoudsetunnel toe. Daar leefde de nodige onrust over in de zaal. En dus moet je dat uitleggen, zo leert les 1 van de communicatieleer. De sprekers etaleerden alle empathie die in ze zat en nodigden de aanwezigen uit tot het stellen van vragen, liefst na afloop van de inleidingen.


Vragenstellers en opmerkingenmakers werden uitermate positief bejegend.
Als er maar even een zinvol lijkende suggestie werd gedaan dan reageerde de spreker blij dat deze zeker meegenomen zou worden. Zelfs werden de criticasters oprecht bedankt voor hun ideeën en positieve inbreng. Alles zou ingebracht worden.

Hoe gingen we daar in de jaren zeventig van de vorige eeuw mee om? Een zaal toehoorders zou dergelijke reacties direct agressief labelen als verderfelijke voorbeelden van wat toen repressieve tolerantie heette. Een begrip dat door de toenmalig leidsman van de links/anarchistische studentenbeweging, Herbert Marcuse, in 1965 in de strijd geworpen werd. Een machtsinstrument van de heersers. Je werd ingepakt waar je bij stond.

Hoe repressief tolerant is Spoorzone Delft?  Valt wel mee denk ik. Zij zijn zich er natuurlijk van bewust dat van een robbertje vechten met bewoners weinig heil te verwachten is. Een bedorven stemming bij diegenen die je nog jaren tegenkomt kost veel tijd en geld. De moderne communicatiemanager pakt dat anders aan. Goede ideeën worden direct meegenomen, onuitvoerbare suggesties worden serieus bekeken. Later wordt uitgelegd dat het allemaal een kwestie van afwegen is. Zeker, er wordt geluisterd, maar het kan niet altijd een winwin-situatie zijn.


guwie



geplaatst: 1 maart 2011